De Nationale ombudsman en de nieuwe Fraudewet

Onlangs noemde de Nationale ombudsman de nieuwe Fraudewet onuitvoerbaar. Deze conclusie trok hij na overleg met het UWV. Het UWV spreekt dit tegen en voorziet geen problemen bij de uitvoer. UWV-topman Bruno Bruins stelt dat er helemaal geen overleg heeft plaats gevonden met Brenninkmeijer en noemt zijn uitspraak een onfortuinlijk misverstand. Wat moet het nu zijn?

Brenninkmeijer: "niet uitvoerbaar"

Op 26 november 2012 liet de Nationale ombudsman met grote stelligheid aan de NOS weten dat nieuwe Fraudewet niet uitvoerbaar is. Hij zei dat er onoplosbare problemen zullen ontstaan indien de wet wordt ingevoerd. Er is geen ruimte voor een zorgvuldige afweging, zodat mensen onterecht zullen worden gestraft. Volgens Brenninkmeijer moet je een HBO-opleiding hebben gedaan om wijs te kunnen worden uit alle verplichtingen. 

"Deze wet is niet uitvoerbaar. Dat bleek ook toen ik de bazen van al deze grote instanties ontmoette en we aan tafel zaten. Uiteindelijk kwam de verzuchting: 'Dit wordt allemaal zo ingewikkeld. Dit is zo niet uitvoerbaar."


Bruins: "onfortuinlijk misverstand"

Opvallend genoeg schrijft UWV-topman Bruno Bruins op 7 december 2012 in zijn column "scherp op handhaving" dat er van overleg tussen hem en de ombudsman geen sprake is geweest. Ze hebben helemaal niet met elkaar aan tafel gezeten, zoals de ombudsman beweerde.

"Vorige week ontstond er een onfortuinlijk misverstand. De Nationale Ombudsman had kort voor een debat in de Tweede Kamer over handhaving de suggestie gewekt dat UWV de nieuwe fraudewet onuitvoerbaar vindt. Ik belde hem op en het bleek gelukkig een misverstand, zoals de minister ook de bezorgde woordvoerders in het parlement liet weten."

Bruins schrijft dat de ombudsman alleen maar de suggestie had gewekt dat het UWV de wet onuitvoerbaar zou vinden. De uitspraak van de ombudsman is echter heel duidelijk en allerminst suggestief: de wet is niet uitvoerbaar.

Bruins noemt de uitspraken een onfortuinlijk misverstand. Nadat Brenninkmeijer de uitspraken had gedaan heeft hij meteen gebeld dit recht te zetten. Met alle plezier wil Bruins mensen namelijk strenger controleren, zo blijkt uit zijn verdere betoog. Van onuitvoerbaarheid is geen sprake.

Nationale ombudsman draait bij

En zo wordt een wet die eerst "niet uitvoerbaar" wordt genoemd, nu ineens van groot belang om uit te voeren. Van de ombudsman vernemen we niets meer. Hij heeft zijn punten gepakt door in de media de indruk te wekken dat hij zich zorgen maakt om toekomstige gedupeerden. En de nieuwe Fraudewet? Die wordt gewoon doorgevoerd. Sterker nog, minister Asscher sluit niet uit dat de bewijslast in de toekomst zal worden omgedraaid. Je bent dan schuldig aan fraude totdat het tegendeel bewezen is. 

Niet de eerste keer

Dit is niet de eerste keer dat ombudsman Brenninkmeijer zich laat ompraten door het UWV. Tot november 2012 was het UWV verplicht om frauderende reïntegratie-bedrijven aan te pakken. Zo stond dat in alle re-integratie-overeenkomsten (pdf). Dit handhaven gebeurde vaak pas nadat de fraude in de media aan het licht was gekomen. In andere gevallen gebeurde er niets.

Toen een cliënt in een bepaald geval aandrong wendde klachtbehandelaar Rob Saltzherr van het UWV zich tot de Nationale ombudsman. Deze sputterde eerst nog tegen, maar al snel veranderde de ombudsman van standpunt: het UWV zou klachten over frauderende reïntegratiebedrijven niet langer in behandeling hoeven te nemen. Daarvoor moesten overeenkomsten met cliënten en allerlei richtlijnen worden aangepast, maar dat deerde niet. Frauderende bedrijven moesten en zouden met rust worden gelaten.